De naam ‘Onderwijsaffaire’ verwijst naar de groep ouders die al jarenlang klem zitten in het knellende Nederlandse onderwijssysteem met financiële en psychologische schade bij ouders en kinderen als gevolg.
Onze groep omvat ouders met thuiszittende kinderen, ouders en kinderen die in het verleden thuis hebben gezeten of kinderen die worstelen met passend onderwijs en nog net met hun vingers aan het schoolgebouw hangen en elke vakantie gebruiken om bij te tanken.
De afgelopen jaren hebben wij ervaren hoe de overheid en haar systemen omgaan met thuiszittende kinderen en hun gezin.
Het ontbreken van passend onderwijs is in strijd met artikel 28 van het Kinderrechtenverdrag. Wij willen daarom dat misstanden, zoals verwijtbare onderwijsverwaarlozing onderzocht, bestraft en gecorrigeerd worden.
Ook vinden wij het onacceptabel dat onze kinderen hun leerrecht wordt ontzegd, dat de ouders worden vervolgd doordat de kinderen uit het onderwijssysteem vallen en dat gezinnen lijden onder de mentale en financiële belasting veroorzaakt door overheidsfalen. Niet alleen de toekomst van onze kinderen is in het geding, ook het werkzame leven van de ouders en de kwaliteit van leven voor het hele gezin.
Dit is een direct gevolg van systemisch- en overheidsfalen.
Wij willen in de wet geborgd zien dat het leerrecht van kinderen boven schoolplicht gaat.
Dat de overheid erin voorziet dat kinderen altijd en overal mogen leren.
Dat het leerrecht niet gebonden is aan een schoolgebouw (LPW) of minimum aan uren.
Dat leeftijd niet leidend is voor niveau, maar dát wat een kind beheerst, daarmee de doorlopende leerlijn borgend.
Wij eisen onmiddellijke beëindiging van de mogelijkheid om Veilig Thuis meldingen en strafvervolging toe te passen op het kind en/of gezin bij onderwijsverstoting.
Wij eisen een meldpunt Veilig(e) School waar ouders terecht kunnen met hun meldingen over gebrek aan onderwijs en leerrecht.
Wij verlangen dat er aansprakelijkheid is voor scholen en onderwijsbesturen bij wangedrag en of verwijtbare onderwijsverwaarlozing. Hierbij moet de nadruk liggen op preventie en bijscholing van besturen, bestuurders en leraren.
Dat er altijd gezocht blijft worden naar verbeteringen en alternatieven als het onderwijs in school niet passend is. Dat er gedacht wordt in oplossingen i.p.v. beperkingen en beleid.
De kinderen krijgen door leerrecht de beschikking over een leerlinggebonden onderwijsbudget om via besteding in de eigen leeromgeving hun kansen en ontwikkelingsmogelijkheden te vergroten.
Ouders en kinderen die de afgelopen jaren de dupe geworden zijn van het falend onderwijssysteem moeten hierin gecompenseerd worden door een herstelfonds in te richten om zo de opgelopen schade te kunnen repareren.