Het verhaal van B

Het verhaal van B

We zagen al vanaf heel jonge leeftijd dat onze dochter B. uitzonderlijk HB was. Gelukkig komt dit in de familie vaker voor en wisten we dus al veel van de uitingsvormen daarvan. Toen ze 3 was mocht ze meedraaien in de kleuterklas. Op school was een Novilo-specialist dus dat zou wel goedkomen, dachten we. Daar had ze het heel moeilijk, ze vond de overgang van thuis naar school lastig en dat verbeterde niet. Op school paste ze zich aan en thuis was ze heel moe en chagrijnig, en op een gegeven moment heel boos. Toen ze na zwemles op een zelfgekozen sport en scouting ging, zagen we dat ze prima afscheid kon nemen, daar was ze zelfverzekerd.
Gesprekken met de leerkracht en HB-expert volgden, conclusie: “ze kan meer, maar ze laat het niet zien.” Eind groep 2 lieten we haar testen door een extern bureau: uitslag uitzonderlijk HB.
Toen ze 5 was ging ze als vroege leerling naar groep 3, waar ze versnelde naar groep 4. Wel werd de nadruk gelegd op wat ze niet kon, niet op wat ze wel kon.
Toen ze 6,5 jaar was, ze zat inmiddels eind groep 4, kwam ze op een dag thuis en zei: “ik wil gewoon niet meer leven”. Wij vertaalden dat als: “ik wil dit leven niet meer”. Toen ik op school kwam om met kinderen te lezen viel me op dat ze alleen maar om zich heen zat te kijken, en zat te tekenen.
Ze raakte steeds verder uitgetuned en nam niets meer op, ze huilde heel veel, voelde zich waardeloos en genoot niet meer van wat ze eerder leuk had gevonden.
We hebben verschillende externe bureaus ingezet, een ergotherapeut en 3 ECHA-specialisten.
School zei: “ze moet nog aan veel dingen werken”. En: “ze moet maar leren dat je in het leven ook dingen moet doen die niet leuk zijn” (ze ging elke dag met tegenzin naar school maar ze deed het wel, waarmee ze dus al een groot deel van haar dag dingen deed die niet leuk waren).
Toen school niet wilde doortoetsen, hebben we ook dat extern laten doen (en bekostigd). Hieruit kwam dat zij op haar zevende eigenlijk al naar groep 6 moest. Het drong tot ons door dat het zo niet langer kon.

We zochten een andere school, op grote afstand van onze woonplaats. Op die school werd veel beter aangesloten bij UHB-kinderen. Ook F. het jongere zusje van B. en ook getest UHB, doet het relatief goed op deze school.
Ervaring heeft geleerd, dat scholen denken goed aan te sluiten bij HB-kinderen, maar dat het veel kennis, inzet en begrip vraagt van leerkrachten om deze kinderen echt te begrijpen:
– Sociale en emotionele ontwikkeling serieus nemen
– Veiligheid waarborgen: ruzies of pesten bespreken, zodat er veel minder kans is dat er trauma’s ontstaan
– Leren vanuit projecten. Lezen, spelling en rekenen minimaal
– Aansluiten bij en leren vanuit de kwaliteiten van de kinderen
– Minder toetsmomenten
– Ouders serieus nemen en goed contact houden. Samen monitoren of het kind nog lekker in haar vel zit.

Nog steeds hebben de kinderen het niet makkelijk op school, maar binnen het bestaande systeem hebben we de best mogelijke oplossing gevonden. De middelbare school hebben we ook heel bewust gekozen en we zijn benieuwd hoe het daar zal gaan.